Kamperen

Kamperen; ik snap het niet. Nu snap ik wel meer niet, dus dat is op zich niet heel raar (en ook nog soort van blond dus dat helpt ook niet), maar de lol van het kamperen ontgaat mij volledig. Je zult je vast afvragen wat ik dan niet begrijp. Welnu; wat is de lol aan kamperen? Waarom zou ik dat willen?

Dat mensen vrijwillig op een dun matje of luchtbedje gaan liggen (hernia waiting to happen in mijn optiek) en een krap en kort slaapzakje, tussen de muggen en van de buitenlucht gescheiden door slechts een stukje stof. Als je het uit budget overwegingen doet, prima, maar ik vind het verbazingwekkend hoeveel boven-modale-auto’s jaarlijks op de Autoroute du Soleil aanschuiven, volgepakt met k(r)ampeerspullen. Liefst nog met een apart aanhangwagentje met nóg meer spullen. Als je een dergelijke auto kan betalen ga je toch niet vrijwillig in zo’n tweepersoons pop-up tentje liggen??? Iedere keer als ik mijn verbazing uitspreek krijg ik van fervente kampeerders als antwoord dat ze het zo lekker vinden om ‘vrij’ te zijn. Tja… ik ben op vakantie ook ‘vrij’  (sowieso vaag wat dat precies omvat) en dat gevoel heb ik echt ook als ik slaap in een echt bed.

Ik heb gewoon niet de behoefte om met een wc rol onder mijn arm over de camping te rennen voor een nachtelijk plasje waarbij je dan deelgenoot mag zijn van een medekampeerder die een ‘nummertje twee’ aan het doen is. En ik heb ook niet de behoefte om gezellig samen met een teiltje bij het badhuisje en-masse mijn bordjes en pannetjes te wassen. Sterker nog: dat hele koken op een eenpits-gasstel is – wat mij betreft – al een enorme uitdaging. Ik krijg al vlekken in mijn nek van het idee dat zo’n pitje dan omvalt in het droge gras en het tentje én de hele camping in lichterlaaie zet terwijl jij alleen maar ravioli uit een blikje wilde opwarmen.

‘Het contact met de medekampeerder is ook zo leuk!’ Hoe dan?! Ik wil de nachtelijke escapades van het bejaarde stel van 5 tentjes verder echt niet horen. (Ik laat verder aan je eigen fantasie over wat die nachtelijke escapades dan zijn…) Of de ruzies van het setje dat voor het eerst samen de tent op gaat zetten. (Zij: Je hoeft niet zo bazig te doen – ik wist toch niet dat ik de tentharingen mee moest nemen. Hij: Jij weet het toch altijd beter! Zij: Dan zet je dat ding lekker alleen op! Hij: Prima, dikke doei met je tent! Hoe romantisch….)

En ik heb het echt wel geprobeerd hoor, dat kamperen. Diverse varianten van slaapconstructies uitgeprobeerd ook, waarbij een lek luchtbed echt een dikke hit was. Inmiddels weet ik ook, door mijn persoonlijke kampeer-ervaring, dat het doorknippen van oordopjes (anti-nachtelijke-buur-escapades) niet handig is. Althans, als je ze daarna wil gebruiken is dat geen top idee. Die moeten dan met een pincet verwijderd worden uit je oor. Ook een leermoment: als het ’s nachts vriest en je moet plassen is een onesie ook geen aanrader. En gaan douchen in een vijfdelig trainingspak (want het vriest) is ook vet onhandig, daarvoor maken ze jurken blijkbaar. Wist ik ook niet. Overigens is een toilettas (groot) die je op kan hangen  – weet ik nu – een must als je gaat kamperen. Evenals een paar  slippers om exotische infecties aan je voeten te voorkomen.

Maar ook een ding: I don’t travel light. Dat weet iedereen al (http://astridvenhorst.nl/2018/02/17/traveling-light-de-illusie/) Met kramperen is dat dus niet veel beter, sterker nog, misschien nog wel erger omdat er nu een hele categorie spullen bijkomt die ik anders niet meesleep. Dus weet je; ik laat iedereen om me heen gewoon lekker kamperen, lekker vrij zijn enzo. En ik, ik ga gewoon weer lekker in een huis-onder-de-zon zitten met allles er op en er aan. Ben ik ook heel vrij! Alvast een fijne vakantie!

In deze knappe legertent heb ik ooit eens mogen kamperen. (Eigendom van fam. Westwijze.)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Back to Top